De leiding haalt 1 kind uit het team. Dit kind gaat met de rug naar zijn teamgenoten staan, die achter hem staan. Op het startsein gooit dit kind de spons omhoog, achter zich. De andere moeten de spons vangen en er snel op gaan zitten. Ze krijgen hier 10 tellen de tijd voor, die hardop afgeteld worden. Nu draait het ene kind zich om en mag op zoek gaan naar de spons. Wanneer hij deze bij kind 1 vindt krijgt hij 10 punten, pas bij 2e, 8 punten en zo steeds minder. Iedereen krijgt hetzelfde aantal kansen om te gooien/zoeken. Diegene met de meeste punten wint het spel.
Nodig: water en spons