Iedereen zit aan tafel. Alle leden krijgen een wit vel papier en een potlood. Op het vel tekenen ze 3 ‘mieren’ van een behoorlijke grootte. Ze mogen van elkaar niet zien waar ze die mieren tekenen. Daarna leggen ze er een wit vel over heen en zetten ze links boven aan de eigen naam (eventueel maak je de beide vellen aan elkaar vast met wat paperclips). De vellen schuiven ze nu door naar de persoon links van zich. Iedereen heeft een kleurpotlood in een verschillende kleur. Iedereen mag drie rondjes plaatsen op het bovenste vel. Het papier wordt doorgegeven. Als het papier uiteindelijk terug is bij diegene van wie het was kijkt hij/zij wie het dichtste met zijn gekleurde cirkel bij de mier zat. Dit kan door het papier tegen het licht te houden.
Nodig: wit papier, potloden, kleurtjes (eventueel paperclips)