Bevestig een touw aan een uitstekende tak van een boom. Aan dit touw maak je een zak zand vast. Als je het touw zwaait, moet het een decimeter boven de grond blijven. De plaats waar de zak recht naar beneden hangt is het middelpunt van een vierkant, waarin de zes kegels staan opgesteld, deze zijn genummerd van 1 t/m 6. De kinderen staan in een kring op twee tot drie meter afstand van de kegels en zwaaien de zak in de richting van de kegels. De nummers van de kegels die omvallen, worden bij elkaar geteld. Welk groepje haalt met drie keer gooien de meeste punten?
Variatie: omgevallen kegels tellen alleen mee, als ze bij de terugzwaai omgevallen zijn.
Nodig: 6 echte kegels of 6 met zand gevulde plastic flessen (deze zijn genummerd), touw met aan het uiteinde een zak gevuld met zand.