De deelnemers worden verdeeld in groepjes. Elke groep bedenkt een opdracht, schrijft die op een papiertje en levert het in. Het moeten eenvoudige opdrachten zijn die niet veel tijd kosten en je dichtbij kan doen. Als alle briefjes zijn verzameld, ga je eerst een andere activiteit doen. Intussen kan de spelleiding de opdrachten aan de buitenkant nummeren. Dan wordt het rad opgehangen met evenveel punten als er opdrachten zijn. De jongste van groep 1 mag als eerste draaien aan het rad. Het cijfer waarbij het stil blijft staan, geeft aan welk opdrachtenbriefje deze groep moet openen. De opdracht wordt door de groep uitgevoerd en krijgt een door de leiding vast te stellen aantal punten. Hierna draait de jongste van de 2e groep enzovoorts. Als alle opdrachten zijn vervuld of de afgesproken speeltijd is verstreken worden de punten bij elkaar opgeteld.
Nodig: rad met evenveel punten als er opdrachten zijn, briefjes met opdrachten