Doen, durf of de waarheid.
Ga met de groep in een kring zitten. Elke speler mag een opdracht kiezen: doen, durf of de waarheid. Bij doen moet er een opdracht gedaan worden, verzonnen door een van de andere spelers. Bij durf wordt een vraag gesteld of een opdracht bedacht. De speler moet aantonen of hij dit zal durven. Als hij ja zegt, moet deze opdracht ook uitgevoerd worden. Bij waarheid, wordt er een vraag gesteld die eerlijk beantwoord moet worden.