Neem een touw van bijvoorbeeld 1 meter lang. Steek een haring in de grond en houd het uiteinde van het touw op de haring. De volgende haring zet je zo ver weg dat het andere uiteinde die haring raakt. Maak zo, als leiding, een parcours in het bos of op het veld. Onder de laatste haring ligt een schat. Steek nu tussen al de haringen “fopharingen”.
Geef de minioren het touw. Ze moeten nu gaan meten van de eerste haring naar de tweede. Een aantal haringen vallen af, het touw komt maar tot 1 haring. Van die haring af gaan ze weer meten naar de volgende haring.
Wanneer je twee parcours maakt (of meer), kun je er om strijden welke groep als eerste bij de schat is.
Nodig: tentharingen en touw