Dit spel kan het beste buiten op een zachte ondergrond, zonder obstakels gespeeld worden! Vroeger sleepten paarden gekapte boomstammen met touwen tussen struiken en bomen naar de rand van het bos. Bij dit spel speelt de knecht het werk van het paard na. Zet een terrein uit met een lengte van 25 meter. De knecht neemt bij de start het touw over zijn schouder in zijn handen, zodat het uiteinde over de grond sleept. De andere spelers moeten proberen als ‘vallende bomen’ op het touw te springen en zo het werk van de knecht te bemoeilijken. Die laat zich niet kisten en draait zich telkens onverwacht om en probeert de plaaggeesten te tikken. Lukt dat, dan moet de getikte speler aan de kant gaan staan. Ook mag de knecht heel hard aan het touw trekken, zodat het touw onder de schoenen van de spelers uitschiet. Het is de bedoeling dat de knecht in de kortst mogelijke tijd het speelveld van 25 meter oversteekt. Hierna neemt een andere slepersknecht het werk over.
Nodig: touw van 7 meter lang