Verdeel de groep in 2 of 3 teams. Druk kaartjes af met spons, water en vuur in verschillende kleuren. Per team één kleur. Alle teams zoeken een basispunt. Hier deelt de leiding de speelkaarten uit. Zodra het startsignaal klinkt, mogen ze de kinderen van een ander team ‘aftikken’. Na een tik laten ze elkaar de speelkaarten zien. De ´sterkste´ krijgt de kaart van de andere. Deze levert de gewonnen kaart in bij zijn leiding en krijgt een punt. De verloren deelnemer kan bij zijn leiding een nieuwe speelkaart halen. Mochten de speelkaarten gelijk zijn, dan wisselen ze van kaart. Beide moeten een nieuwe speelkaart halen, maar verdienen wel een punt.
Spons is sterker dan water, water is sterker dan vuur, vuur is sterker dan spons.
Nodig: kaartjes