1. de kinderen staan arm in arm in een kring.
2. het eenvoudige spelletje ‘de leider’ zegt…’ wordt hier iets moeilijker gemaakt,, doordat de kinderen aan elkaar ‘gekluisterd’ zijn. Wanneer je een bevel uitroept, voorafgegaan door ‘de leider zegt’, probeert iedereen het bevel uit te voeren, zonder de anderen los te laten. De bevelen die niet worden voorafgegaan door ‘de leider zegt’ worden genegeerd. Al gauw zal blijken hoe goed de kinderen kunnen samenwerken. Hier een aantal mogelijke bevelen:
• steek je ellebogen zover mogelijk omhoog.
• buig zover mogelijk naar voren.
• krab je rechteroor.
• krab je linkeroor.
• ga op je hurken zitten.
• raak je neus aan.
• raak je rechterhand met je linkerhand.
• loop in een cirkel naar rechts.
• spring op en neer.
Na afloop geven de kinderen die nog altijd arm in arm staan! elkaar een warm applaus.
De leider zegt
Opdrachten uitvoeren, terwijl je elkaar vast blijft houden