De spelers zitten in de kring achter elkaar op de vloer. In het midden staat een speler die telkens een fluitsignaal laat horen en dan een bevel uitdeelt. Bijvoorbeeld: “achter je, linkerschoen!” Alle spelers moeten nu de linkerschoen van de speler achter hen aanraken. Vergist iemand zich en tikt de rechterschoen aan, dan is deze speler af en moet uit de kring. De spelers schuiven aan en het spel gaat verder. De commando’s kunnen verder zijn: rechterschoen achter, linkerknie achter, rechterknie achter, linkeroor voor, rechteroor voor, en zo verder. De speler die het minste vergissingen maakt, mag het volgende spel in het midden staan.
Nodig: fluit