Teken 5 rondjes, steeds met ongeveer dezelfde afstand van elkaar, achter elkaar. Dit is de aarde waar de bonen in gedaan moeten worden. Naargelang er groepen zijn, maak je voor elke groep een rij met rondjes. Wanneer je geen rondjes in het zand kan tekenen, leg je bordjes neer. De groep verdeel je in teams, die elk achter een rij rondjes klaarstaat, tot de spelleiding het startsein geeft om het spel te beginnen. De eerste in de rij heeft de bonen in zijn hand en legt op elk rondje een boon (zaaien). Dit zo snel mogelijk. Wanneer hij terug rent en de tweede in de rij heeft aangetikt, raapt deze de bonen weer op (oogsten), de 3e in de rij kan de bonen weer zaaien, etc. etc.
Nodig: 10 bordjes (wanneer je dit spel niet op een zandgrond speelt), 10 bonen (voor 2 teams)